Minister Adema bezoekt proefdiervrije innovatie
Minister Adema bezoekt proefdiervrije innovatie
Hoe staat het met de transitie van dierproeven naar meer proefdiervrije innovaties, en hoe kan die transitie versneld worden? Daarover spraken minister Adema van Landbouw, Natuur en Voedselveiligheid en Kamerlid Frank Wassenberg van de Partij voor de Dieren in het Regenerative Medicine Center Utrecht met onderzoekers en vertegenwoordigers van bij de transitie betrokken partijen, waaronder decaan Arno Hoes van het UMC Utrecht.
Minister Adema en Frank Wassenberg bezochten onder meer het Regenerative Medicine Center Utrecht, waar het UMC Utrecht, Universiteit Utrecht en Hubrecht Instituut nauw samenwerken aan innovaties die proefdieren kunnen vervangen. De bezoekers kregen een kijkje in de keuken bij onderzoekers Bart Spee (Universiteit Utrecht) en Jeffrey Beekman (UMC Utrecht). Zij werken respectievelijk aan 3D bioprinten en organoïden. Met beide technologieën zijn menselijke weefsels te maken waarop bijvoorbeeld medicijnen getest kunnen worden, zodat dat niet op dieren hoeft.
Echte proefdiervrije innovatie
Daarnaast vond een rondetafelgesprek plaats met deelnemers van verschillende organisaties onder leiding van Utrechtse hoogleraar Daniela Salvatori. Hierbij kwam de vraag aan de orde hoe academische instellingen werken aan het verfijnen, verminderen en vervangen van dierproeven, en welke belemmeringen er zijn voor echte proefdiervrije innovatie.
Kennisagenda Transitie Proefdiervrije Innovatie
De voorzitter van kennisorganisatie ZonMw, Arfan Ikram, overhandigde tijdens het rondetafelgesprek de Kennisagenda Transitie Proefdiervrije Innovatie aan de minister. Daarin doet de organisatie aanbevelingen voor het versnellen van de transitie.
Steeds meer goede alternatieven voor dierproeven
De minister gaf aan dat hij blij is met de inspanningen om dierproeven te verminderen. “Het was een zeer open gesprek, met onderzoekers, maar ook organisaties als Proefdiervrij. Het is goed om te horen dat er steeds meer goede alternatieven voor dierproeven beschikbaar zijn. We moeten die goed gaan benutten. Daarvoor moeten we kijken naar regelgeving, en ook werken aan cultuurverandering onder onderzoekers, heb ik vandaag gehoord. Ik ben ook blij met de kennisagenda van ZonMw. In het streven naar vermindering van dierproeven ben ik zeker een bondgenoot.”
